De Invloed van de Zee op het Weersysteem
De oceanen kunnen op een ongelooflijk efficiënte manier warmte opslaan en warmen veel langzamer op en koelen langzamer af dan het vasteland. Hierdoor kunnen zeestromingen warm of koud water over grote afstanden rond de aarde transporteren.
Deze zeestromingen veranderen de temperatuur van het zeeoppervlak, wat het klimaat beïnvloedt vooral in de kustgebieden. Aan de westkust van de Verenigde Staten worden de temperaturen getemperd door de Californiëstroom. Vooral in de zomer wordt de kust afgekoeld door winden die met deze stroom samenhangen.
De temperatuur kan dan landinwaarts oplopen tot 40° Celsius.
Door het warme water van de Golfstroom zijn de winters in Engeland erg zacht in vergelijking met die in andere landen die op dezelfde breedte liggen. Zeestromingen kunnen ook neerslagpatronen beïnvloeden, doordat de warme, vochtige lucht die met warme stromingen samenhangt de neerslag doet toenemen.
Zo kunnen temperatuurvariaties bij Peru zelfs nog de regenval in het verre Australië beïnvloeden. Een van de verschijningsvormen van de proces is de beruchte El Niño.
Stormachtig Weer
Zeestromingen kunnen een belangrijke rol spelen in de ontwikkeling van buiencomplexen, vooral wanneer koude lucht van de poolstreken warme lucht ontmoet die samenhangt met warme zeestromingen.
De wisselwerking kan leiden tot bewegende gebieden van lage luchtdruk of depressies. Winterse buien aan de oostkust van de Verenigde Staten ontwikkelen zich snel en nemen snel in omvang toe. Dit is een gevolg van de onstabiliteit in de atmosfeer door de vermenging van koude lucht uit het noorden en betrekkelijk warme lucht uit het gebied van de Golfstroom. Er komt dan als het ware op een explosieve manier een depressie tot ontwikkeling.
Seizoenveranderingen
Doordat de zee zijn warmte langer vasthoudt dan het land, hebben de hieruit voortvloeiende verschillen in temperatuur tussen land en zee een grote invloed op lokale weersituaties.
In de lente kan het aan de kust veel koeler zijn dan landinwaarts. Er komen dan vaak zeewinden voor.
En wanneer warme, vochtige lucht over kouder water beweegt, kan er condensatie optreden en wordt er lage bewolking, mist of motregen gevormd.
Kringloop van het Water
Het weer wordt ook in belangrijke mate aangezwengeld door de continue uitwisseling van vocht tussen de oceanen, het vasteland, planten en wolken. Deze uitwisseling heet de hydrologische kringloop of de kringloop van het water.
Onderzoek heeft uitgewezen dat de oceanen bijna 90 procent van het vocht in onze dampkring leveren. Water verdwijnt uit de oceanen als gevolg van verdamping. Wanneer het oppervlak van oceanen verwarmd wordt, verdampt een deel van het water tot waterdamp, die door opstijgende lucht tot hoog in de troposfeer gevoerd wordt. Ook planten scheiden water af door verdamping. Het totaal van de verdamping van onbegroeid en begroeid oppervlak noemt men evapotranspiratie.
De waterdamp in de lucht condenseert tot wolken. Deze groeien en produceren neerslag boven land en vooral boven bergketens. Een deel van de gevallen neerslag wordt opgenomen door planten en door de bodem. Uiteindelijk komt dit water weer in de zee terecht, waarna de kringloop opnieuw kan beginnen. Menselijke activiteiten - ontbossing, de bouw van steden, stuwdammen en waterbekkens - beïnvloeden deze kringloop.